Waterverbruik in Nederland
Het water dat in Nederland uit de kraan komt, is van topkwaliteit. De gemiddelde Nederlander verbruikt volgens het CBS per dag ruim 128 liter drinkwater. Dit stijgt de afgelopen jaren, onder meer onder invloed van warme, droge zomers en de coronacrisis. Drinkwaterbedrijven en de overheid roepen op om het verbruik de komende jaren te verlagen met twintig procent. Een overzicht van de feiten en cijfers.
Volg de laatste ontwikkelingen via onze LinkedIn pagina.
Totale productie: zo’n 1,18 miljard kubieke meter
In 2022 produceerden alle Nederlandse drinkwaterbedrijven bij elkaar zo’n 1.179 miljoen kubieke meter drinkwater, oftewel ruim 1.790 miljard liter. Vitens en Brabant Water namen met respectievelijk 368 en 192 miljard liter het grootste deel van deze productie voor hun rekening. Huishoudens en zakelijke klanten zijn de voornaamste kopers van dit drinkwater.
Verbruik drinkwater per dag per persoon: 128 liter
In opdracht van Vewin onderzocht het CBS het drinkwaterverbruik met een enquête onder 2926 mensen. En daaruit kwam 128,1 liter per persoon per dag. Verdeeld naar toepassing is dat:
- ongeveer 41% onder de douche
- 29% bij het doorspoelen van het toilet
- 12% voor het wassen van kleding
de rest voor bijvoorbeeld koken, afwassen en natuurlijk het drinken van kraanwater, koffie en thee
Waterverbruik gemiddeld gezin of huishouden: 285,42 liter
Het waterverbruik van een gemiddeld gezin of huishouden in Nederland (2,13 personen) is 285,42 liter.
Waterverbruik afgelopen decennia stabiel
Tussen 2003 en 2014 daalde het drinkwaterverbruik in huis met bijna 8% van 138 naar 127 liter per persoon per dag. Deze besparing kwam vooral door zuinigere wasmachines en toiletten. Ook gingen we steeds minder in bad. Dit scheelt een hoop, omdat in een gemiddeld bad 120 liter water gaat. Dat is meer dan twee keer meer water dan er bij een douchebeurt wordt verbruikt.
De laatste jaren stijgt het waterverbruik in huis weer, onder meer door de droogte en warmte in 2018 en 2019. Dit heeft ervoor gezorgd dat er geen sprake meer is van een daling binnenshuis.
Daarnaast waren mensen in 2020 noodgedwongen meer thuis vanwege de coronacrisis. Ze spoelden bijvoorbeeld vaker thuis het toilet door dan op kantoor of school en wasten vaker thuis hun handen. Ook waren het voorjaar en de zomer in 2020 relatief warm en droog, waardoor mensen meer drinkwater gebruikten voor het sproeien van de tuin of het vullen van een zwembadje.
Bekijk de Vewin Drinkwaterstatistieken 2023.
Blijf elke maand op de hoogte van de ontwikkelingen rond drinkwater via onze nieuwsbrief:
Piekverbruik bij warm en droog weer
Weersomstandigheden kunnen een grote invloed hebben op het waterverbruik. Mensen douchen vaker bij warm weer, ze vullen veel eigen zwembaden en de planten in de tuin krijgen extra water. Dit verschilt wel lokaal, bijvoorbeeld omdat mensen in steden minder (grote) tuinen hebben dan buiten de stad.
Noodoplossing bij piek: waterdruk verlagen
Op sommige momenten is de watervraag hoger dan de capaciteitsgrenzen van het drinkwaterbedrijf. In dat geval kunnen drinkwaterbedrijven lokaal de druk verlagen om te zorgen dat er bij iedereen water uit de kraan blijft komen. Dat gebeurde bijvoorbeeld in het droge voorjaar van 2020. Toen explodeerde tijdens Pinksteren de watervraag bij Vitens met 40% ten opzichte van dezelfde periode in 2019.
De reden? Het was warm weer én vanwege de coronamaatregelen recreëerden er toen meer mensen in eigen land. Tuinen werden gesproeid en mensen schaften massaal opzetzwembaden aan. In Overijssel en Gelderland waren zelfs piekmomenten van lokaal tot 70% meer dan normaal. Drinkwaterbedrijven pleiten daarom voor waterbesparing en roepen klanten bijvoorbeeld in de zomermaanden op om bewust om te gaan met drinkwater.
Vaker droog door klimaatverandering
Door toenemende klimaatverandering zullen lange droge periodes naar verwachting vaker voorkomen. Hoge temperaturen en het uitblijven van regen hebben gevolgen voor de natuur en bronnen voor de bereiding van drinkwater. Bij droogte neemt de aanvoer van rivierwater af en neemt de verdamping toe. Door een lage rivierwaterstand stijgen de relatieve concentraties verontreiniging. Hierdoor kan het voorkomen dat rivierwater niet meer kan worden ingenomen voor de bereiding van drinkwater. Uitwijken naar een andere bron of buffer, zoals een spaarbekken, is dan meestal de vervolgstap.
2/3 naar huishoudens, 1/3 naar bedrijven
Huishoudens verbruiken zo’n twee derde van het leidingwater. Economische activiteiten, zoals het maken van voedsel, producten en energie, zijn de voornaamste verantwoordelijke voor het overige leidingwater. Zo wordt 3,5% van het drinkwater gebruikt voor het verbouwen van landbouwgewassen en het onderhouden van de veestapel. Nog eens 19% gaat naar de industrie en andere bedrijven.
Nog een kleine 10% van het drinkwater wordt niet gefactureerd. Het gaat dan bijvoorbeeld om bluswater, water dat voor gemeentediensten wordt gebruikt, maar ook lekkende leidingen en productieverlies tijdens het winnen en zuiveren van drinkwater.
Natuur, drinkwater, industrie en landbouw: alles uit dezelfde bronnen
De industrie gebruikt voor het overgrote deel van hun activiteiten overigens water dat rechtstreeks uit de zee, rivier of bodem komt en daarom een minder hoogwaardig product is. Hiermee gebruiken ze weliswaar geen gezuiverd leidingwater, maar ze maken wel aanspraak op de (grond)watervoorraden waar ook de drinkwaterbedrijven, de natuur en de landbouw gebruik van maken.
We putten, kortom, allemaal uit hetzelfde systeem. Klimaatverandering en vervuiling kunnen invloed hebben op de hoeveelheid beschikbaar zoet water. De drinkwaterbedrijven roepen daarom op het water slim te verdelen en er bewust mee om te gaan.
Reacties
3