Schoon Water Brabant: minder emissie bestrijdingsmiddelen
19 augustus 2020Bestrijdingsmiddelen kunnen tot op grote diepte grondwater verontreinigen. Met het programma Schoon Water Brabant werken Brabant Water, de provincie Noord-Brabant en ZLTO al twintig jaar aan het beperken van de emissie van bestrijdingsmiddelen. En met succes. Welke ingrediënten zorgen voor een goede samenwerking en de gewenste resultaten?
Winningen van drinkwaterbedrijven bevinden zich in grondwaterbeschermingsgebieden. In deze gebieden gelden strikte regels om grondwaterbronnen te beschermen tegen verontreinigingen. Zo mogen er bijvoorbeeld geen risicovolle activiteiten plaatsvinden, zoals zware industrie en geothermie. In Noord-Brabant bevinden zich 23 van zulke grondwaterbeschermingsgebieden.
Verontreinigingen bij winningen
Rond de eeuwwisseling bleek dat de emissie van bestrijdingsmiddelen in een aantal beschermingsgebieden nadelige effecten had op de kwaliteit van het grondwater, zegt Sandra Verheijden, beleidsadviseur bij Brabant Water. “Bij winningen in Waalwijk en Budel troffen we bestrijdingsmiddelen in het grondwater aan. Als dit zich zou doorzetten naar de drinkwaterbronnen zouden we aanvullende zuivering moeten gaan inzetten.”
Schoon Water Brabant
Om iets te doen aan de verontreinigingen ging Brabant Water met de Provincie om tafel. Dat resulteerde in 2001 in Schoon Water Brabant, een programma om de uitspoeling van bestrijdingsmiddelen naar grondwater in de elf meest kwetsbare grondwaterbeschermingsgebieden in de provincie te beperken. De Provincie heeft de projectleiding en is de grootste financier van het programma.
‘We moesten elkaar eerst leren kennen en vertrouwen’
Betrokkenheid landbouw
Ook landbouworganisatie ZLTO is betrokken bij Schoon Water Brabant. Verheijden: “De landbouw is een belangrijke gebruiker van bestrijdingsmiddelen. Om de problemen aan de voorkant aan te pakken, is het belangrijk om nauw met de landbouw samen te werken. In het begin was het nog best even spannend, we moesten elkaar eerst leren kennen en vertrouwen. Maar gelukkig zaten we snel op een lijn.”
Meer dan land- en tuinbouw
Het doel van Schoon Water is niet zozeer om middelen te verbieden, maar om gebruikers te laten zien hoe het anders kan, zegt Verheijden. Ze benadrukt dat de projecten lang niet alleen zijn gericht op agrariërs en tuinders. “In grondwaterbeschermingsgebieden bevindt zich naast landbouw ook stedelijk gebied waar consumenten, gemeenten of bedrijven middelen gebruiken voor onkruidbestrijding. We hebben onder meer voorlichtingsprogramma’s opgezet voor bewoners, scholen en beheerders van sportvelden. De ZLTO richt zich voornamelijk op projecten voor boeren en tuinders.”
Voordelen voor agrariërs
Voor het warm maken van agrariërs voor deelname gaan landbouwadviseurs op pad voor een-op-een-gesprekken. Daarbij laten zij zien hoe een teelt met minder of zonder middelen voor een gelijke of betere gewasopbrengst zorgt, zegt Johan Elshof, specialist Bodem & Water bij ZLTO. “De adviseurs leggen uit dat gebruik van minder middelen kosten bespaart en de kans op verbod van een middel verkleint. Vervolgens laten ze alternatieve methoden van gewasbescherming zien. Je moet vooral niet komen vertellen wat er allemaal niet mag, dat werkt averechts. Ook mogen agrariërs in het uiterste geval alsnog teruggrijpen op een middel, dat geeft net dat beetje extra zekerheid.”
‘Je moet vooral niet komen vertellen wat er allemaal niet mag, dat werkt averechts’
Minder bestrijdingsmiddelen
In Noord-Brabant zijn diverse typen land- en tuinbouw te vinden, van grasland tot akkerbouw en boomteelt. De verduurzamingsmaatregelen verschillen per gewas, zegt Elshof. “Een van de opties is om een gewas van dichtbij te bespuiten en te bedekken met een sleepdoek om te voorkomen dat het middel wegwaait. Voor de aardappel- en aspergeteelt kijken we naar onkruidbestrijding met papiermulch op teeltruggen. Bij boomkwekerijen kan met mechanische apparatuur vaker onkruid worden gewied, bijvoorbeeld met GPS-technieken.”
Inzetten externe adviseurs
Volgens Elshof is het belangrijk dat het advieswerk niet wordt verricht door de Provincie of het drinkwaterbedrijf. “Agrariërs staan vaak toch wat argwanend tegenover overheidsinstanties. Het werkt beter wanneer iemand uit hun eigen sector komt uitleggen hoe iets anders kan. We hebben dan ook adviseurs van Delphy en CLM ingeschakeld. Ook hielp het dat lokale afdelingen van ZLTO zich meteen achter het programma schaarden. Toen eenmaal de voorlopers deelnamen en resultaten zichtbaar waren, volgden er steeds meer agrariërs.”
Ondersteuning Schoon Water
Inmiddels nemen land- en tuinbouwbedrijven op 85 procent van de landbouwgrond in grondwaterbeschermingsgebieden maatregelen om emissie tegen te gaan. Naast persoonlijk advies kunnen agrariërs zich op veldbijeenkomsten laten inspireren. Schoon Water Brabant zorgt met kennis en demonstraties voor ondersteuning, zegt Verheijden: “Boeren ontvangen geen financiële vergoeding. Wel hebben we een innovatiepot voor kleine stimulerende bijdragen. Maar het belangrijkste is dat ze met maatregelen hun bedrijfsvoering zelf duurzaam en rendabel maken.”
Bezem door de middelenkast
Een mooi voorbeeld van een Schoon Water-project is ‘Bezem door de middelenkast’, vindt zowel Elshof als Verheijden. Elshof: “Veel restanten van middelen belanden na gebruik ergens in een hoekje of kastje, met als gevaar dat ze uiteindelijk in de kliko terechtkomen. Om te voorkomen dat de middelen in het milieu terechtkomen of tegen hoge kosten moeten worden afgevoerd, hebben we een afhaalservice opgezet waarbij gebruikers kosteloos hun middelen kunnen laten afvoeren via de Milieustraat. Daar wordt veel gebruik van gemaakt.”
‘Ook neemt door klimaatverandering de kans op ziektes en plagen toe’
Verbetering waterkwaliteit
De maatregelen van de afgelopen twintig jaar hebben zichtbare resultaten opgeleverd. Zo nam de gemiddelde milieubelasting op grondwater in beschermingsgebeden tussen 2000 en 2015 af van meer dan 1000 milieubelastingspunten (mbp) per hectare (ha) naar ongeveer 300 mbp/ha. Verheijden: “Voor grondwater onder de 500 mpb/ha – 0,5 microgram per liter water – hoeven we geen aanvullende zuivering in te zetten. Sommige teelten zitten nog wel iets boven die norm. Ook neemt door klimaatverandering de kans op ziektes en plagen toe. Ondanks de mooie resultaten kunnen we dus niet rustig achterover leunen. De grootste uitdaging is om iedereen betrokken te houden.”
Agrariërs niet overvragen
Elshof vindt het mooi om te zien dat er inmiddels meer regionale en landelijke programma’s zijn opgezet tussen overheden, de watersector en de landbouw. Wel benadrukt hij dat boeren en tuinders niet moeten worden belast met verschillende programma’s. “In Brabant loopt bijvoorbeeld ook het programma Bodem Up. Dat heeft als doel om de emissie van nutriënten te verminderen. Om het draagvlak voor beide projecten groot te houden, moeten we communicatie centraal afstemmen en niet voor meerdere projecten bij een boer aankloppen.”
Uitbreiding Schoon Water
In 2012 werd Schoon Water Brabant uitgebreid naar de rest van de provincie. Daar ligt de focus vooral op oppervlaktewater. In totaal doen er momenteel 750 ondernemers uit de agrarische sector mee aan het programma. In 2015 is in Zeeland een vergelijkbaar programma opgezet door drinkwaterbedrijf Evides, ZLTO, de Provincie, gemeenten en Waterschap Scheldestromen.