IPO: ‘Maatregelen alleen niet meer voldoende voor behalen KRW-doelen’

De chemische en ecologische waterkwaliteit is in Nederland nu niet overal op orde. Hierdoor dreigen we een aantal doelen van de Kaderrichtlijn Water in 2027 niet te halen. In een interviewserie leggen verantwoordelijken uit hoe dat komt, welke gevolgen dat heeft en hoe we het tij kunnen keren. Deel 2: gedeputeerde Bert Boerman.

Bert Boerman

Bert Boerman is gedeputeerde van de provincie Overijssel en portefeuillehouder Water bij het Interprovinciaal Overleg (IPO)

Dat grond- en oppervlaktewater momenteel niet overal aan de eisen van de KRW voldoen, kost provincies hoofdbrekens.

Welke zorgen leven er bij provincies over de KRW-doelen?

Bert Boerman: “Onder meer dat de waterkwaliteit op sommige plekken – ondanks verbetering – nog niet goed is. Daar hebben zowel de natuur, drinkwatervoorziening als landbouw last van. Ander probleem is dat door externe factoren zoals klimaatverandering niet alle genomen maatregelen het gewenste effect hebben. Voor verbetering van de ecologische waterkwaliteit zijn bijvoorbeeld vistrappen aangelegd in beken. Maar tijdens droge jaren zijn veel beken drooggevallen. De praktijk is soms dus weerbarstiger dan we hadden voorzien.”

‘Lokaal kan de impact op met name landbouw en industrie best groot zijn’

“Verder zijn er zorgen over mogelijke consequenties van het niet behalen van de KRW-doelen. Als we er in 2027 niet in zijn geslaagd om bijvoorbeeld de hoeveelheid nutriënten in water terug te brengen, kan dat betekenen dat het gebruik van meststoffen in bepaalde gebieden verder moet worden geminimaliseerd. Dat heeft ingrijpende gevolgen voor de landbouw. Voor andere economische activiteiten kan het lastiger worden een vergunning te krijgen.”

“Ik verwacht niet dat het hele land op slot moet, zoals bij de stikstofcrisis, maar lokaal kan de impact op met name landbouw en industrie best groot zijn.”

Als waterbeheerder zijn provincies verantwoordelijk voor de kwaliteit van grondwater. Hoe is het daarmee gesteld?

“De huidige staat van het grondwater is over het algemeen goed. Op de meeste plekken voldoet grondwater aan de Grondwaterrichtlijn, een dochterrichtlijn van de KRW. Grondwater is dankzij beschermende bodemlagen beter beschermd tegen verontreinigingen dan oppervlaktewater.”

“Lokaal zijn er nog wel wat problemen. Op kwetsbare plekken, zoals hogere zandgronden in Oost-Nederland, vinden we bijvoorbeeld nog te hoge concentraties nitraten en restanten van bestrijdingsmiddelen in grondwater.”

‘Van de maatregelen die we nu nemen zien we pas jaren later de positieve effecten, veelal na 2027’

“Waar we nu vooral bezorgd over zijn, is de toenemende vergrijzing van grondwater. Veel gebieden zitten met een historische belasting. Doordat het grondwatersysteem een traag systeem is, duurt het soms wel tientallen jaren voordat stoffen een dieper gelegen grondwatervoorraad bereiken. We verwachten de komende jaren steeds vaker stoffen uit het heden en verleden aan te treffen in grondwater. Van de maatregelen die we nu nemen, zoals vermindering van uitspoeling van nutriënten en minder gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen, zien we pas jaren later de positieve effecten, veelal na 2027.”

Vispassage in Overijssel
Vistrappen aangelegd in beken zorgen voor verbetering van de ecologische waterkwaliteit

Wat moet er volgens het IPO gebeuren om de KRW-doelen te halen?

“In de eerste plaats blijven inzetten op de maatregelen die zijn vastgelegd in de Stroomgebiedbeheerplannen en afspraken uit (regionale) bestuursovereenkomsten tussen betrokken partners. Hierbij gaat het ook om maatregelen voor verbetering van de kwantiteit, zoals de herinrichting van het watersysteem om water beter vast te houden. Waterkwaliteit en -kwantiteit zijn namelijk onlosmakelijk met elkaar verbonden.”

“Zaak is wel dat we vaart zetten achter de uitvoering. Ieder jaar dat we met z’n allen te weinig doen, duurt het weer een jaar langer voordat we een doel halen.”

‘Voor maatregelen waarvan we nu al zien dat ze onvoldoende zijn om de KRW-doelen te halen, moeten we de zachte hand loslaten’

“Een ander spoor dat we moeten bewandelen is dat van wet- en regelgeving. We hebben onlangs met het Interprovinciaal Overleg (IPO) opnieuw bij de minister van Infrastructuur en Waterstaat benadrukt dat 2027 steeds dichterbij komt. Voor maatregelen waarvan we nu al zien dat ze onvoldoende zijn om de KRW-doelen te halen, moeten we de zachte hand loslaten. Dat betekent vanuit Nederland of Europa sneller een verbod op bepaalde chemische stoffen of bestrijdingsmiddelen en eventueel strengere regels voor lozingsvergunningen.”

“Onze boodschap is: kom daar nu mee en niet pas in 2026. Voor sommige doelen is het waarschijnlijk al te laat, maar dan kunnen we in ieder geval aan Europa laten zien dat we er alles aan hebben gedaan om de waterkwaliteit te verbeteren.”

Ook in deze serie:

Blijf op de hoogte via onze nieuwsbrief

Kaderrichtlijn water Wet- en regelgeving

Deel dit artikel

Gerelateerde artikelen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *