De Roerdalslenk: internationaal grondwaterbeheer

25 februari 2019

Voor de kwaliteitswaarborging en eerlijke verdeling van grond- en oppervlaktewater werken regio’s samen op zowel nationaal als internationaal niveau. Bijvoorbeeld in de Roerdalslenk, waar Limburg, Noord-Brabant, Vlaanderen en de Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen gezamenlijk het grondwater gaan beheren.

Water houdt zich niet aan de grenzen van een land of provincie. Dat betekent dat regio’s moeten samenwerken om te zorgen dat water dat de grens overtrekt van goede kwaliteit is en eerlijk verdeeld wordt over de passerende gebieden. Als deltaland is Nederland een soort afvoerputje van Europa: grote rivieren als de Rijn en Maas monden in ons land uit in de Noordzee. Wanneer omringende landen weinig oog hebben voor de waterkwaliteit en -kwantiteit, heeft dat hier gevolgen voor het milieu en de drinkwatervoorziening.

Europese Kaderrichtlijn Water

De laatste decennia is de internationale samenwerking sterk verbeterd, bijvoorbeeld met de komst van Europese Kaderrichtlijn Water (KRW). In die richtlijn staat onder meer aan welke kwaliteitseisen oppervlaktewater en grondwater moet voldoen. Daarmee zijn landen niet alleen verantwoordelijk voor het water binnen hun eigen landsgrenzen, maar ook voor de kwaliteit van het water dat het land uitstroomt.

Verantwoordelijkheden provincies

In Nederland is binnen de KRW afgesproken dat Rijkswaterstaat verantwoordelijk is voor de Rijkswateren (rivieren, meren) en provincies en waterschappen toezicht houden op de kwaliteit en kwantiteit van regionaal oppervlaktewater en grondwater. Daarnaast bepalen provincies en waterschappen als vergunningsverstrekkers welke partijen in welke hoeveelheden grondwater mogen oppompen en wat de industrie wel en niet mag lozen op oppervlaktewater.

Goed voorbeeld: Zeeland, Zuid-Holland en Noord-Brabant werken samen voor een eerlijke verdeling van het water uit de Maas

Samenwerken bij verdeling zoetwater

Binnen Nederland zelf werken provincies ook onderling samen aan oppervlakte- en grondwaterbeheer, onder andere in het Deltaprogramma Zoetwater. Zo zorgen in het zuidwesten van het land Zeeland, Zuid-Holland en Noord-Brabant voor een eerlijke verdeling van het water uit de Maas. Met name voor Zeeland is die samenwerking van groot belang. De provincie wordt omringd door zeewater en heeft dus geen eigen zoetwatervoorziening.

De Roerdalslenk

Behalve bij oppervlaktewater wordt er ook bij grondwater op verschillende gebieden samengewerkt tussen regio’s. Daarbij gaat het vooral om het kwantiteitsvraagstuk. Voor grondwateronttrekking moeten verschillende belanghebbenden in dezelfde, soms beperkte, vijver vissen. Bijvoorbeeld in het zuiden van Nederland, in de Roerdalslenk, een gebied dat zich grofweg uitstrekt tussen Sittard, Roermond, Den Bosch en Tilburg en delen van Vlaanderen en het Duitse Noordrijn-Westfalen.

Veel grondwatergebruikers

Het gebied is vanwege de goede waterkwaliteit dankzij beschermende kleilagen een geliefde grondwaterbron bij onder andere Waterleiding Maatschappij Limburg (WML). Het Limburgse drinkwaterbedrijf pompt jaarlijks 19 miljard liter grondwater op uit het gebied, goed voor een kwart van de drinkwaterproductie in de provincie. Ook de landbouw en industrie zijn grootverbruikers van het grondwater. Zo pompen de levensmiddelindustrie in Nederland en bruinkoolproducenten in Duitsland jaarlijks vele liters water omhoog uit de Roerdalslenk.

Flinke daling grondwaterpeil

Maar al die activiteit heeft er wel voor gezorgd dat de stijghoogte van het grondwater in het diepe pakket is gedaald. Naar schatting daalde het peil tussen begin jaren ’80 en halverwege de jaren ’90 met zo’n 5,5 meter. Na een aantal stabiele jaren zette de daling vanaf 2010 weer verder in, ondanks restricties voor grondwateronttrekking voor beregeningsactiviteiten.

Onderzoek oorzaken

Reden voor de provincie Limburg om grondig onderzoek te doen naar de precieze oorzaken van de daling. Hoewel andere betrokken regio’s hetzelfde doen, is Limburg de trekker van het project, zegt Hubert Mackus, gedeputeerde van de provincie. “Wij verzamelen de gegevens uit de vier regio’s. Daarbij kijken we naar welke activiteiten in welke hoeveelheid grondwater onttrekken.”

‘Je kunt als land of provincie niet individueel handelen, activiteiten in het ene gebied hebben invloed op een ander gebied’

Gezamenlijke afspraken

Mackus kan nog niet precies zeggen welke maatregelen en afspraken eruit volgen. Wel is duidelijk dat de vier regio’s voortaan gezamenlijk het grondwater zullen gaan beheren. “We zijn het er in ieder geval over eens dat we moeten samenwerken. Je kunt als land of provincie niet individueel handelen, activiteiten in het ene gebied hebben invloed op een ander gebied. Het is zaak om met alle partijen goede afspraken te maken over grondwateronttrekking.”

Dezelfde belangen en richtlijnen

Volgens Mackus is het geen probleem dat je daarbij met verschillende landen te maken hebt. “De taal en overheid zijn anders, maar uiteindelijk delen we dezelfde belangen en willen we een eerlijke verdeelsleutel. Elke regio wil schoon drinkwater voor de inwoners en voldoende zoetwater voor de landbouw en industrie. Bovendien moeten we ons allemaal houden aan de richtlijnen van de KRW.”

Echte werk moet nog beginnen

Hoewel Limburg wel vaker nationaal en internationaal samenwerkt als het gaat om waterbeheer aan de oppervlakte, bijvoorbeeld bij de Maas, kan Mackus zich geen ondergronds samenwerkingsverband herinneren. “Dit is naar mijn weten het eerste grootschalige project op het gebied van grondwateronttrekking. Tot nu toe ben ik daarover zeer te spreken, alles verloopt heel soepel. Maar het echte werk begint eigenlijk pas als we de onderzoeksresultaten hebben, dan moeten we met z’n allen aan tafel.”

Blijf op de hoogte via onze nieuwsbrief

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *